Mijn visie op de Ruimtelijke Ordening en Architectuur.
Persoonlijke Inspiratiebronnen
Persoonlijke waarnemingen.
De Rotterdamse stadsvernieuwing in jaren '80.
Bijbelse visie op Maatschappij en ruimtelijke Ordening.
Is onze wereld wel zo pragmatisch ingericht als we denken ?
Zoektocht naar effectievere en aantrekkelijkere alternatieven.
Naast persoonlijke ervaringen hebben mijn tijd als dienstweigeraar in de Rotterdamse stadsvernieuwing en de Bijbel mijn visie op het vak van architect, stedenbouwkundige en planoloog sterk gevormd.
De gebouwde omgeving en de ruimte daar omheen hielden mij al van kinds af aan bezig. Zo hadden wij een best aardig huis in Nootdorp (Delflandstraat 55), maar met een tuin op het noord-oosten kwam er maar weinig zon in de tuin. Ook in het huis kwam de zon pas in de 2e helft van de middag aan de voorzijde binnen. In de zijgevel, die op het zuid-oosten ligt, zit geen enkel raam, constateerde ik, waar de zon ruim het huis had kunnen verwarmen. Al snel begon ik mijn eigen huizen te tekenen waar wel rekening was gehouden met de oriëntatie op de zon. Er bleken vele oplossingen voor dit probleem.
Er kwam in mij een kritisch denkproces op gang naar de gebouwde wereld om mij heen. Met vragen als: ‘Wat een gemiste kans om op zo’n mooi punt dit alledaagse gebouw neer te zetten. Waarom ontwerpen we gebouwen niet veel specifieker, zodat ze echt passen bij de plek waar ze staan ?’ of ‘Is het echt wel nodig dat we met zoveel snelwegen en bedrijfspanden (dozen) het landschap steeds verder aantasten ?’ en ‘Is het echt wel nodig dat grote groepen mensen op bijna anonieme plekken laten wonen en werken ?’
Resulterend in de grote vraag, of er niet iets fundamenteels mis is met de wereld zoals wij die hebben vorm gegeven ?’
Persoonlijke ervaringen
©©0
Raadhuislaan, Vlietwijk, V’schoten. Al een stuk levendiger met de nieuwe bomen dan tijdens mijn jeugd. Herkomst onbekend
Oorspronkelijk bestond het kijk groen voor de deur van de flats in de Vlietwijk van Voorschoten, uit een gras talud naar een sloot met een strakke beschoeiing. Elke vorm van leven ontbrak en het groen was ook volledig ongeschikt om in te spelen tenzij je naar je dobber in een verder visloze sloot wilde staren.
http://noitdorpsche-historien.nl/wp/?page_id=1526
In tegenstelling tot Voorschoten was Nootdorp nog een echt dorp eind jaren ’60. In de klas zat de zoon van de petroleumboer die met zijn kar de huizen langs ging.
En op de tuinderij, waar ik soms langere tijd verbleef aan de Dwarskade, was er als kind heel veel te beleven. Beetje helpen bij het duwen van de lorrie en tomaten sorteren en klooien op het erf en langs het water.
Kijken naar opa, die in zijn blauwe overall naar Frans model, klusjes deed, zoals de slootkant met een zeis maaien.
©©0
Eigen foto 2012 langs gemeenschappelijk weggetje naar 3 garages achter de huizen. Restant van pad naar afgebroken kassencomplex.
Lang heb ik gedacht dat die vrijheid en intimiteit in Nootdorp voltooid verleden tijd was. Maar inmiddels realiseer ik mij dat dat keuzes zijn van alle tijden.
Met mijn zoons hebben we tijdens hun basisschool tijd deze hut van 2 verdiepingen gebouwd, waar ook andere jongens van school en de voetbal aan mee bouwden.
Waarom is er in onze nieuwbouwwijken niet veel meer ruimte voor de jeugd om zelf hun ding te doen, i.p.v. alleen maar voorgekouwde speelveldjes ?
De hut in zijn nadagen vlak voor de afbraak, met mijn jongste zoon. Inmiddels studeert hij Bouwkunde. Toevallig ?
Tot mijn 8e jaar woonde ik in Nootdorp. Daarna in ’70 verhuisden wij, conform de carrière ontwikkeling van mijn vader bij Shell, naar het veel deftigere Voorschoten, met veel gelijk gestemden. Van een echt authentiek klein dorp naar een moderne forenzen plaats. In het dorp werd veelal gewoond en gewerkt. Mijn pleegouders hadden in Nootdorp een tuinbouw bedrijf met lorrie, een rijtje kassen en een sorteerhal met stookhuis. Op school zat de zoon van de petroleumboer. En naar de kruidenier ging ik met een bestelboekje. Eén maal per week kwam de kruidenier van der Tas afrekenen. Op die wijze kende ik genoeg mensen om mij onderdeel van de gemeenschap te voelen. Voorschoten was op zich prima om te wonen, maar vele malen anoniemer. Ik kende niemand die in het dorp zelf werkte. Bijna iedereen ging voor werk naar Den Haag. Ik kende alleen de kinderen van school, de voetbal en uit de straat. De plaats vormde geen gemeenschap meer. Met 20.000 inwoners toen was het daar ook te groot voor. Alleen de oude garde zal in het centrum, dat gevoel nog wel hebben gehad.
Het voelde ondanks de rijkdom en ruim opgezette wijken met veel groen als leeg en sociaal arm.
Voorschoten had ook een voor mij nieuw fenomeen, grote woonwijken met veel dezelfde eengezinshuizen en flatgebouwen. De Vlietwijk, een echte arbeiderswijk uit de jaren ’60 lag naast onze jaren ’50 Krimwijk in de richting van het centrum. Een (moderne) wijk die uitblonk in inspiratieloosheid saaiheid was mijn gevoel erbij als kind. Niets zeggende flats keken uit op al even levenloze grasstroken met een talud naar sloten zonder plant of dier. Wat een armoe vergeleken met de Dwarskade waar mijn pleegouders woonden. Daar stond opa Braat in zijn blauwe overall de slootkanten met een zeis te kortwieken en zag je regelmatig vissen in het water tussen de waterlelies en het kroos. Dat was voor mij het paradijs.
Waarom moest het toch zo anders tegenwoordig vroeg ik mij al snel af ?
©©0
Foto Erik Schimmel, Normandië augustus 2020. Koeien in de wei tot niet zo lang geleden een normaal beeld.
Typische frans weiland. Altijd ruimte voor wat toevallige ‘elementen’. De bomen mogen dan slecht zijn voor de grasproductiecijfers, maar de koeien vinden ze fijn. Iedereen die er langs komt kan daar van meegenieten. Daar kan geen economisch model tegenop ! Zou de koe en de mens door toename van dit welzijn ook niet productiever worden ?
foto Heleen Leibbrandt. Zomer 2003. Fietstocht vanaf camping in west Frankrijk, ten N-O van de Garonne. Met klein pontje de Chaniers overgestoken in de omgeving van Saintes.
In Frankrijk is er nog een harmonieus samen gaan van natuur en cultuur. Ook het oversteken van een riviertje is daardoor een belevenis voor iedereen.
©©0
foto Erik Schimmel. Herfst , eind oktober, 2015 . Buiten food market in Camden. Langs Regent’s kanaal gelegen in noorden van Londen-centrum.
Het succes van dit soort alternatieve marktjes laat zien dat er behoefte is aan een basic manier van (buiten)leven. Ook in de grote stad.
Juist de kleine provisorische kraampjes met enthousiasme zelfgemaakte producten spreekt aan.
Vakanties naar Frankrijk vanuit Voorschoten lieten zien dat daar nog een ongepolijste manier van leven bestond. Met name het platteland had een puurheid, zonder veel opsmuk. Blijkbaar ben ik niet de enige die zoiets beleeft ! Waarom kopen anders zoveel hard werkende nederlanders een huisje ergens in Frankrijk ? Sommige schreven daarover, Martin Sommers en Martin Bril beide van de Volkskrant bijvoorbeeld. Wat bij al die verhalen opvalt is dat de schrijvers gefascineerd zijn door dat eenvoudige ongecompliseerde weerbarstige plattelandsleven. Waar je precies weet wie er je buren zijn of in je dorp wonen. Waar je zomaar een kampvuurtje kan stoken. Waar je je oude afgedankte autootje gewoon achter je schuur zet en het gek genoeg de sfeer alleen maar verhoogd. Waarom vinden we het daar zo fijn ? Waarom vluchten we naar dat leven in de zomer of het nu in Frankrijk, Italië of één of ander basic oord met onze camping uitrusting of koffer ?
De Rotterdamse Stadsvernieuwing
De militaire dienstplicht stond mij tegen, omdat ik niet zeker wist of ik de toekomstige leiders wel wilde volgen in een oorlog. Het idee dat ik als christen een even onschuldige soldaat aan de andere zijde misschien de hel in kon schieten in een overbodige oorlog, deed mij besluiten om te weigeren. In de vervangende dienstplicht kwam ik op eigen initiatief terecht bij een uiterst links clubje wereldverbeteraars in de Rotterdamse stadsvernieuwing.
Vanuit het VVD dorp Voorschoten en zelf op gegroeid in een CHU en CDA nest was de stadsvernieuwingswijk Bospolder-Tussendijken een cultuurschok van de eerste orde. De 2e ringswijken om de in WOII verdwenen binnenstad waren sterk in verval geraakt. Alle aandacht was gegaan naar de herbouw van het centrum. Vele buitenlandse immigranten waren er neergestreken vanwege de werkgelegenheid en de goedkope huren. Projectontwikkelaars zagen inmiddels hun kans schoon en sloopten hele stratenblokken met huizen en verving de oorspronkelijke bebouwing door nieuwbouw gebieden die op geen enkele manier aansloten bij de bestaande structuren en architectuur.
Het progressieve oorspronkelijke deel van de bewoners vondt dat het zo niet langer kon en vormde bewoners organisaties per wijk. Ze kregen voor elkaar dat er gedecentraliseerd werd. Er kwamen wijkposten met ambtenaren, de projectbureau’s die samen met de machtige bewoners organisaties heel veel zeggenschap in de wijk kregen. Op wijkkaarten werd onderzoek welke huizen blokken gered konden worden van de sloophamer en welke niet. Zij gaven architecten opdracht voor plannen die veel beter aansloten bij wat er al stond.
De slogan ‘Bouwen voor de Buurt’ vatte het duidelijk samen. De plannen waren bedoeld voor al de mensen die al in de wijk woonden. Om die mensen ook tijdens de uitvoering in de wijk te houden werden wisselwoningen vrijgehouden. Mensen die mededen kregen Fl. 4500,- voor de verhuizingen en tijdelijke inrichtingskosten.
In ’83 kwam ik, op het hoogtepunt van deze beweging als dienstweigeraar te werken bij Pier80 het kantoor van de bewonersorganisatie B-T. Via mijn favoriete oom, een gedreven intellectuele PPR-er, was ik al enigszins bekend met het gedachten goed ter linker zijde van de toen nog machtige PvdA. De oprechtheid en belangeloze toewijding van de beroepskrachten spraken mij enorm aan. Er werd met veel liefde een poging gedaan een rechtvaardige maatschappij op wijk niveau op te zetten. Er werd alles aan gedaan om de bestaande sociale verbanden die in die oude wijken bestonden, nu met de instromende immigranten erbij nieuw leven in te blazen. Niet voor niets is sociaal het basis woord in de beweging van het Socialisme.
Elke maandag was er een grote wijkvergadering voorgezeten door Martien ….., een in mijn ogen uiterst sympathieke architect. Een milde wereldverbeteraar die instaat was verschillen te overbruggen, zonder scherp het concept van de plannen uit het oog te verliezen. Zijn levensgezellin was de centrale kracht in het dagelijks functioneren van de organisatie. Zelf ging ik rechtmatig op pad met Arie Rijnbergen die meerdere nieuwbouwplannen onder zijn verantwoordelijkheid had.
Voor mij kwam hier heel veel samen. Architect zijn vanuit een duidelijke maatschappelijke visie. Plannen die vanuit het gebied zelf ontstaan, hier dus een oude stadswijk. Geleid door de bewoners zelf. Plannen die aansluiting zoeken bij wat er al staat en de mensen die er leven. Niet aangestuurd door een economisch model van grootschaligheid en herhaling maar zoekend naar een balans tussen haalbaarheid en kwaliteit in de breedste zin. Dienend besturen en kleinschalig verfijnd bouwen. Niet hoe kunnen we hier maximaal aan verdienen ? Maar hoe kunnen voor een redelijk bedrag iets neerzetten waar we de wijk en haar mensen veel leefgenot mee geven ?
Architecten opleiding
Na de MTS- en HTS-bouwkunde in Leiden en Den Haag en tussendoor 19 maanden vervangende militaire dienst, ging ik vol verwachting eindelijk naar de avond opleiding tot architect aan de Academie van Bouwkunst in Amsterdam. Begin jaren ’90 bruiste het daar van mooie aantrekkelijke nieuwe ideeën. In het 3e jaar echter ontdekte ik, dat de toen nog vage ideeën die ik had, toch botsten met de visie die op de studie werd aangehangen. Er bleek veel minder vrijheid in denken te zijn dan ik had vermoed.
De economie bepaalde wat er wel en niet kon. Schaal vergroting was het tover woord. Daarom ook nauwelijks ruimte voor kleinschalige initiatieven. Zo wilde ik bij een stedenbouwkundig project de ‘plinten’ van gebouwen naar keuze van koper of huurder bestemmen voor wonen, winkels en/of kleine bedrijven. Daar werd resoluut een streep door gehaald. Allemaal sentimenteel gedoe. Er zou hooguit één supermarkt in de wijk voor 5000 inwoners komen verder helemaal niets. Ik liep dus volgens de stedenbouwers met verouderde nostalgische droombeelden rond….
De wereld was in ontwikkeling en de aankomende architecten moesten mee in het moderne economische model. Ik ben daaraan blijven twijfelen. En zag met de tijd dat er zich toch tegen deze stroom in, wel degelijk ruimte was voor kleinschaligheid in brede zin.
Bijbelse visie op vakgebied
Ondanks dat de Bijbel 2000 tot 3200 jaar geleden is geschreven in een totaal andere tijd, beschrijft het verrassend genoeg naar mijn idee hoe de ideale samenleving er nu uit kan zien. Nog verbazingwekkender het boek geeft duidelijke richtlijnen hoe wij onze wereld ruimtelijk het beste kunnen inrichten. Indirect komt zeker ook een visie op de gebouwde omgeving zelf erin voor, met simpele randvoorwaarden.
Onmogelijk omdat toen computer, auto en vliegtuig en werkelijk alles wat wij onder de ‘Vooruitgang’ scharen, er niet in voorkwam ? Ik ben er van overtuigd dat dit toch het geval is. Lees je verder dan kun je er zelf een visie op vormen ?
Het laat een up-to-date en afgewogen visie zien, die het éne na het andere hedendaagse probleem tackelt. Het is naar mijn overtuiging de route kaart uit de complexe problematiek, waar we ons zelf de afgelopen 1000-den jaren steeds vaster in gezet hebben.
Het is niet links of rechts. We zijn er vaak dicht bij in de buurt geweest, maar hebben er niet naar gezocht in de Bijbel. Als we dat gedaan hadden, zou waarschijnlijk het lef hebben ontbroken om het in al zijn eenvoud en radicaliteit in te voeren. Radicaal maar rechtvaardig en heel mooi ! Wie durft dit plan of delen daarvan in beleid en plannen om te zetten ?
RUIMTELIJK
Verspreiden
©©0
pxhere.com/nl/photo/635479 (gratis afbeeldingen)
Een Ziggurat is mogelijk de Toren van Babel waar de Bijbel over spreekt. Een ziggurat is een soort getrapte Piramide. Het is de metafoor voor het bereiken van het onmogelijke.
https://www.joods-christelijke-dialoog.nl/images/artikelen/JCD-RVM-Het-bijbelverhaal-in-Gen.-11.1-9.pdf
De reconstructie van de ziggurat Etemenaki (Het van het fundament van de hemel op aarde), in Babel (Babylon)
©©0
Aliraad22333 date 8 may 2016
Opvallend dat de Toren van Babel meestal rond is afgebeeld, zoals op schilderij van Breugel uit 16e eeuw. Zou die vorm afgeleid zijn van deze ronde minaret in Samarra (Irak) met spiraalvormige omloop uit de 9e eeuw ?
Het Colosseum in Rome wordt meestal genoemd als model, omdat hij er geweest is, maar wij weten niet wat hij op afbeeldingen heeft gezien.
Allereerst is daar het grote gebaar van de Ruimtelijke Ordening die de mens al in het Paradijs mee kreeg. “Vervuld de aarde en onderwerp haar.” (Genesis 1:28) Vervullen is synoniem met volmaken. Je kunt de aarde alleen volmaken of vullen door je te verspreiden.
Met Noach begint God opnieuw met de mensheid na de zondvloed. Hij krijgt, nadat het water gezakt is, ook de opdracht mee “vervult de aarde” en om nog even duidelijker te zijn staat er ook nog bij “…en verbreidt u over de aarde en wordt overvloedig (talrijk) op haar”. (Genesis 9:1b en 7b) Verbreiden is volgens de dikke VanDale ‘over grote ruimte uitstrekken’ Hier ook weer dat verspreiden.
Dat dit niet zomaar een vage zinnetjes zijn laat het verhaal van de torenbouw van Babel zien. De mensen hadden er duidelijk geen zin om bij elkaar weg te gaan. “En zei zeiden: Kom laten wij voor ons een stad bouwen, en een toren waarvan de top in de hemel reikt,…., anders worden wij over heel de aarde verspreid !” (Genesis 11:4) Sterker nog samen waanden ze zich tot alles in staat. “Laten we ons een naam maken” (tussen zin Genesis 11:4) Ze wilden belangrijk worden door een hoge toren te bouwen die tot aan de hemel reikte. Ze wilden dicht bij elkaar wonen in één stad. Neutraal gezegd, samen waanden ze zich sterker. Maar blijkbaar is het zo belangrijk dat God direct ingrijpt. Iets dat Hij zelden doet met als gevolg (Genesis 11:8) “Zo verspreidde de Here hen vandaar over heel de aarde en zij hielden op met het bouwen van de stad.”
De toren zou een zigurat, een getrapte piramide, kunnen zijn van ca 90x90x90m met een indrukwekkende trap. Mogelijk bij de tempel van Mardoek, de belangrijkste god van de Babyloniërs. De ziggurat is waarschijnlijk een tempeltoren geweest waarop de goden werden aanbeden en/of de sterren werden onderzocht.
De mens heeft in de geschiedenis nooit een kans laten liggen om dicht bij elkaar in steden te gaan wonen. Het oude Rome kende al appartementengebouwen van 4 verdiepingen, ‘insula’. Wat ‘eiland’ betekent met winkels, restaurants, winkels e.d. op de begane grond. De Industriële revolutie zette vanaf 1750 een ongekende stroom van arbeidskrachten naar de steden ingang. Aanvankelijk breiden de steden zich in oppervlakte uit. De vestingwetten maakte het mogelijk dat buiten de oude stadsmuren kon worden gebouwd, nu die niet meer voor de verdediging nodig waren. Halverwege de 19e eeuw ging de stad de hoogte in. Niet meer naast elkaar wonen, maar boven elkaar. In de 20e eeuw heeft die behoefte om hoge torens te bouwen geleid tot een race tussen steden en landen om de hoogste te zijn. om zo te laten zien waartoe ze in staat zijn.
In Nederland laait dat idee op om hoge woon- en werktorens te bouwen regelmatig op. Vlak voor de corona-crisis is het idee om deze te plaatsen rond de stations in de strijd tegen de milieu vervuiling en klimaat problemen.
God wil dat wij in relatie met Hem sterk zijn. Niet dat we onze kracht maximaliseren door onderlinge samenwerking. In de Bijbel is het doel geen super-samenleving maar een rechtvaardige samenleving. Verspreid over de aarde om van de aarde te genieten in alle rust. De aarde heeft voldoende oppervlakte om ons (7 miljard mensen) te herbergen. Als de mens egaal verspreid zou wonen over de bewoonbare delen van de aarde, kom je op een bevolkingsdichtheid uit van ongeveer 100 inwoners/km2. Dat is te vergelijken met Frankrijk (110 inw/km2)
Het bij elkaar klonteren in eindeloze stedelijke gebieden, levend in hoge torens, gaat lijnrecht in tegen hoe God ons wil zegenen, verbonden met de aarde. In de Bijbel staan een hele reeks maatregelen die laten zien hoe je dat kan doen.
Volken met eigen land
Om dat verspreiden te stimuleren deelde God de mensheid op in volken met als kenmerk een eigen taal. Genesis 11:6a, 7 en 8.
“De Ene (God) zegt: zie daar, één gemeenschap (volk) , één taal….. Welaan laten We neerdalen en daar hun taal verwarren, zodat eenieder de taal van zijn naaste niet meer horen (begrijpen) ! Zo verstrooit de Ene (God) hen van daaruit over het aanschijn van heel de aarde ” Dus niet meer 1 volk maar volken naar hun eigen taal.
De mensheid werd niet alleen opgedeeld in volken, maar onder die volken werd ook, in ieder geval een deel van de de aarde verdeeld. De verbintenis tussen land en volk is blijkbaar essentieel.
Elk mens werd niet zomaar de wildernis ingestuurd, na de spraakverwarring bij de toren van Babel. God had voor elk volk een eigen stukje grond gereserveerd. Ten tijde van Mozes, de schrijver van de eerste vijf boeken van Bijbel / Tenach, waaronder Detronomium, waren er in ieder geval 70 volken naar het aantal Israëlieten dat met Jacob naar Egypte was getrokken 70.
Deuteronomium 32; 8 en 9: “Toen de Allerhoogste aan de volken het erfelijk bezit uitdeelde, toen hij Adams kinderen van elkaar scheidde, heeft hij het grondgebied van de volken vastgestel overeenkomstig het aantal Israëlieten. Want het deel van de Heere is Zijn volk, Jakob is het gebied dat Zijn eigendom is.”
Erfelijk bezit voor de volken. Blijvend hun eigendom. Daarom hebben de joden na 2000 jaar verspreid over de aarde gewoond te hebben weer hun oude land terug gekregen. Er waren plannen voor een joods thuisland in Afrika en Alaska maar het werd toch gewoon wat de Romeinen Palestina zijn gaan noemen, het land Israël. Wat er met het volk Israël gebeurd is vaak een voorproefje voor wat ook de andere volken zal gebeuren.
Niet alleen Israël krijgt dus land als erfelijk bezit, maar ook de volken eromheen. Bij de uittocht uit Egypte waarschuwt God Mozes (en het volk Israël) daarom:
“,…..daag Moab (gedeelte van Jordanië) niet uit tot oorlog; want Ik (God) geef je niets van hun land in bezit. Nee aan de zonen van Lot (o.a. Moab) heb ik Ar (een land) als erfgoed gegeven” (Deutronomium 2:9)
Nu zijn veel christenen van mening dat het Nieuwe Testament (NT) andere regels stelt. Het NT bevestigd echter het bestaan van volken met eigen grondgebied. Paulus vertelde de inwoners van Athene “En Hij (God) maakte uit één bloed (Adam) heel het menselijk geslacht (in grondtekst (zie NB) staat letterlijk: elk mensenvolk), om op heel de aardbodem te wonen, en Hij heeft de hun van tevoren toegemeten tijden bepaald, en de grenzen van hun woongebied” (Handelingen 17:26)
Voor de tijd dat Jezus als koning op de aarde zal heersen is er ook een tekst die direct laat zien dat er nog volken zijn en indirect dat ze eigen land zullen bezitten. Zacharias 14:16-18 zegt “De overlevenden van de volken die Jeruzalem hebben belaagd, zullen dan jaarlijks naar de stad komen om God als koning te vereren en het Loofhuttenfeest te vieren. (Gevolgd door een waarschuwing:) En is er op de aarde een volk dat niet naar Jeruzalem komt om God als koning te vereren, dan zal er in dat land geen regen vallen. (specifiek wordt Egypte gewaarschuwd:) Ook Egypte zal wanneer zijn volk niet naar Jeruzalem komt, stellig worden getroffen door deze plaag, waarmee God de volken straft die het Loofhuttenfeest niet komen vieren”.
Volk en land als erfelijk bezit horen onlosmakelijk bij elkaar. In de 20e eeuw zie je bij de terugkeer van het Joodse volk naar het land Israël dat land wat een dor en verlaten was weer opleven, groen en vruchtbaar worden ! Dat lijkt mij geen toeval.
Grond eigendom (geen verkoop maar erfelijk bezit)
Psalm 24 vers 1 en 2 zegt: “De aarde is van de Heere en al wat zij bevat, de wereld en wie er wonen. Want Hij heeft haar gegrondvest….”
Het uitgangspunt van de Bijbel bij grondbezit is dat God zelf de eigenaar van de grond is. Leviticus 25:23 “Verder mag het land (Israël) niet voor altijd verkocht worden, want het land behoort Mij toe. Jullie zijn eigenlijk vreemdelingen in Mijn land.” Grond mocht alleen tijdelijk van eigenaar verwisselen, tot het jubeljaar waarin iedereen zijn bezit terug kreeg.
“Wanneer u het land (Israël) als erfelijk bezit toewijst,…..” (Ezechiël 45:1a)
Ezechiël 43 t/m 48 gaan over de toekomst. Waar een herbouwde tempel zal zijn, als onderdeel van een grote stad, Jeruzalem. De Vorst gaat op sabbat de tempel in en brengt offers. De Vorst is Jezus die zijn aardse rijk rechtvaardig zal besturen. Iedereen in dat land zal een erfelijk bezit krijgen. De principes van God zijn blijvend, omdat ze goed voor ons zijn. Ik kan dit gedeelte niet anders lezen.
©©0
Studie-atlas bij de Bijbel, Dr. Tim Dowley Uitgever J.J. Groen en Zoon
Landverdeling volgens Jozua 13 t/m 21. Grote stammen kregen veel land, zoals de stam Manasse zelfs 2 grote stukken en kleine stammen slechts een klein gebied. Het grondgebied van Benjamin is daar een mooi voorbeeld van.
Ook in Israël zijn de bewoners gelijkmatig over het land verdeelt. De verdeling wie waar grond kreeg ging gewoon via een systeem van loten.
©©0
https://christipedia.miraheze.org/wiki/Israël_(land)
Ezechiël (47:13-48:7) krijgt een visoen … een nieuwe schematisch overkomende verdeling van het land over de stammen voor de toekomst als Jezus als koning over de wereld zal regeren.
Dan zullen de leiders (vorsten) Mijn volk niet meer uitbuiten, maar zij zullen het land aan het volk (huis) van Israël geven, aan hun stammen. (Ez.45:8b)
Midden in land in gebied van de stam Juda komt feitelijk de wereldhoofdstad en hoofdstad van het land Israël met daarin de nieuwe tempel van 300 bij 300m. De enige grote stad waar de Bijbel positief over is krijgt een vierkant stuk land van 25.000 x 25.000 el, ca. 12 x 12 km. Het is een ‘heilig hefoffer‘.(Ezechiël. 48:20)
De stad, is zeer waarschijnlijk het vernieuwde Jeruzalem, zal in 3 delen verdeelt worden: (Ez,45: 1-8)
Middenin een stuk van 5 x 12km voor de tempel en priesters die er dienst doen. Links daarvan een stuk van 5 x 12km voor de Levieten die ook dienst doen in de tempel. Rechts van het midden een smaller stuk van 2,5 x 12km, het gebied van de eigenlijke hoofdstad die van heel het volk is.
Grondbezit was niet alleen collectief voor een heel volk, maar ook voor elke stam, familie en gezin. Het systeem van toewijzing, beginnend bij de stammen staat beschreven in Numeri 26: 52-56 “En de Heere sprak tot Mozes: Onder deze stammen moet het land verdeelt worden, overeenkomstig het aantal namen. Voor degene die met velen zijn, moet u het erfelijk bezit groot maken en voor degene die met weinigen zijn, moet u het erfelijk bezit minder groot maken…… Het land moet echter door het lot verdeelt worden volgens de namen van de stammen….”
Ook hier weer een gelijkmatige verdeling van de bevolking over een grondgebied , waar het principe van het verspreiden in terugkomt. Een systeem waar niet makkelijk mee gefraudeerd kan worden. Jozua 13 t/m 21 beschrijft vrij nauwkeurig hoe de verdeling in de praktijk is uitgevoerd.
Binnen de stam werd de grond weer onder de families verdeelt. Zo kreeg Kaleb de stad Hebron als erfelijk bezit volgens Jozua 14:13-14 “Toen zegende Jozua hem (Kaleb) en gaf Kaleb, …., Hebron als erfelijk bezit”.
©©0
Foto Erik Schimmel Croiseul N-O Frankrijk augustus 2014 Een weldadige ruimte op het platteland, ook op het wegennet.
Als we de wereldbevolking gelijkmatig over het bewoonbare deel van de aarde verspreiden zoals de Bijbel lijkt te willen bewerkstelligen, wonen er hooguit 100 mensen op een km2. In Frankrijk zijn dat er 118 dat geeft dus een goed beeld van het effect wat de Bijbelse verspreiding op het landschap en de samenleving heeft. Een weldadige rust heerst buiten de vaak bescheiden steden. Waardoor er een mooie balans tussen activiteit en rust is. Beiden zijn voor een groot binnen korte tijd bereikbaar.
Erfelijk grond bezit klinkt natuurlijk erg ouderwets. Dat God de eigenaar is nog veel meer. In het Communisme was de overheid, de bezitter van de grond en van de landbouwbedrijven. De boeren werkten voor de staat. Dat klonk mooi, maar in de praktijk nam dat de prikkel weg bij de boeren om hard te werken. Dit leidde tot dramatische hongersnoden, alleen al in de Oekraïne stierven 7 miljoen mensen hierdoor. ( https://nl.wikipedia.org/wiki/Hongersnood en https://nl.wikipedia.org/wiki/Holodomor )
Nog steeds luisteren we graag naar John Lennon’s Imagine, waar een wereld zonder o.a. landen en privé bezit, dus ook geen grondgebied, als ideaal wordt voorgehouden. Ik ga ervan uit dat hij de overheid als eigenaar zag. Honger was echter het gevolg van dat systeem.
Lennon zag natuurlijk ook het onrecht van het steeds maar toenemende ongelijk verdeelde bezit. De Bijbelse oplossing is naar mijn idee de enige die werkt. Grondbezit wat niet verkocht kan worden en dus ook niet onderhevig is aan aanschafkosten, prijsverhogingen en speculatie. Als de grond geen waarde heeft wordt het voor bijna iedereen ineens bereikbaar om iets voor jezelf te (laten) bouwen. We zouden geleidelijk naar een systeem kunnen overgaan dat de grond via een vastgestelde waarde naar een symbolische bedrag over gaat op lange termijn. Als iedereen slecht 1 stuk grond kan bezitten wat hij kan ruilen. Rechtvaardiger bezit verdeling is niet mogelijk, Dus waarom gaan we niet op zoek naar een hedendaagse invulling hiervan ?
Het grondbezit kon niet uitgebreid worden doordat het erfelijk bezit was, maar ook het systeem van het Jubeljaar voorkwam dat er qua bezit en financieel ongebreidelde scheefgroei kon ontstaan in de loop van de generaties, tussen families.
Verkeer en Logistiek
In het vervoer van mensen en de logistiek van goederen en grondstoffen zijn we in een steeds sneller draaiende spiraal terechtgekomen van steeds meer behoefte aan transport, wat tot steeds grootschaliger en gecompliceerde capaciteitsproblemen leidt.
Tot de paard en wagen was met wat bredere wegen voldoende mogelijkheid om de maximaal mogelijke afstand (40-80km/dag) met dit vervoermiddel af te leggen overal te waarborgen. Met de komst van de auto, vrachtwagen en het vliegtuig lukt dat niet meer. Al snel konden auto’s meer dan 100km/uur rijden en lukte het niet meer om die 100km afstand ook echt binnen een uur af te leggen. Waarom niet ?
Het snellere vervoer maakte wellis waar mogelijk dat we over steeds grotere afstanden verplaatsingen kunnen verrichten in steeds kortere tijd. We zijn daardoor steeds meer verplaatsingen gaan uitvoeren, waardoor het transport netwerk dit niet meer aankon. Zelfs kunnen we de groei van het aantal verplaatsingen niet meer met uitbreidingen van het vervoersnetwerk bijhouden. Zouden we ons flink inhouden dan was dit geen probleem. Dat doen we echter niet, Sterker nog de overheid en politiek stimuleert juist het aantal verplaatsingen (en wij benutten alle mogelijkheden). Steeds grotere vrijhandels zones, arbeiders uit een willekeurig land kunnen in Europa overal aan de slag. Aanbestedingen van grote projecten, mogen niet regionaal of landelijk worden aanbesteed, maar moeten dat Europees.
Elke verbetering (goedkoper, breder, comfortabeler, betere doorstroming, dichter logistiek netwerk, enz.) zorgt voor nieuwe mogelijkheden van transport en die worden meteen volop benut. Langzaam veranderd ons land, het westen en de hele wereld in een groot logistiek netwerk met wegen, vliegvelden, treinbanen, mega distributie centra, geluidswallen en -dijklichamen, lawaaierige zones. Waar zeggen we het is genoeg zo ?
Wat is dan wel de oplossing ?
Ook daarover spreekt de Bijbel. Zo is er de sabbat (de vrije zaterdag). Dat was de rustdag, waarop niemand hoefde te werken. Een belangrijk principe was dat je op je eigen plek bleef volgens Exodus 16:29 (en later ook de synagoge bezocht). Een ontspannen lichte wandeling paste heel goed bij dit principe. Zo mochten de Israëlieten een sabbatsreis maken tot 1km van hun huis of woonplaats. Handelingen 1:12 beschrijft er één ‘Toen keerden zei terug naar Jeruzalem, van de berg die de Olijfberg genoemd wordt, die dichtbij Jeruzalem, een sabbatsreis daarvandaan.”.
Totaal heen en weer was dat een wandeling van 2km, ongeveer een halfuur. Dat was ook afstand van de stadsrand (stadsmuur) van de steden van de Levieten tot het einde van hun weide- en jachtgronden die hun wettelijke, door God opgedragen eigen grondgebied was. Numeri 35:5 geeft een maat van 2000 el aan, dit is ca. 50cm dus weer die 1km. Op je eigen grond ervaar je tenslotte de meeste rust en veiligheid, vertrouwde grond. Flavius Josephus noemt 5 stadiën (185m) totaal 925m, afgerond dezelfde maat, voor een sabbatsreis.
Ondanks die, in onze ogen strenge eis, konden de mensen dus de stad uit en de natuur in !
Maar gereisd werd er wel degelijk. Zo waren er 3 perioden van feesten in het oude Israël die ruim 1000 jaar gevierd zijn. Daarvoor reisde de gehele gemeenschap 3-maal per jaar van de woonplaats naar Jeruzalem, tot de val van Jeruzalem in 70 na Christus. Josephus schrijft dat er 1,1 miljoen joden waren vanwege het Pascha feest, daar waren ook veel joden bij die buiten Israël woonden. Handelingen 2 beschrijft een ander feest, wat de christenen Pinksteren noemen, daar waren volgens Handelingen 2 vers 8-11 onder de toespraak mensen uit maar liefst 13 andere landen bij. Van de mensen uit Israël zelf moesten velen 200km lopen, van daarbuiten soms meer dan 1000km reizen over land en per zeilboot. Paulus heeft tijdens zijn zendingsreizen rond de Middellandse Zee waarschijnlijk zo’n 7800km over land en 9000km over zee heeft afgelegd. De afstand tussen zijn geboorteplaats Tarsus en Jeruzalem waar hij zich vestigde was alleen al 720km.
Ter vergelijking tot ver na 1900 waren dat voor de gemiddelde Nederlander ongekende afstanden. De meesten kwamen tot zeker WOI niet verder dan een paar keer per jaar naar de dichts bij gelegen stad van enig formaat. Dan was de actieradius hooguit 50km.
In de Bijbel wordt er dus volop gereisd voor handel, om aan een vrouw te komen, op de vlucht voor één of andere despoot of om familie te zien en een meerdaags feest mee te maken. Toch stelt het vergeleken bij onze ongebreidelde reisdrang weinig voor.
De Bijbel begrenst nergens de vrijheid tot reizen, behalve op sabbat, dat moeten wij ook zeker niet gaan doen. Maar heeft als basis een veel localer sociaal leven en economie, waar er veel minder behoefte is aan reizen en vervoer.
Essentieel is ook het algemeen principe in de Bijbel dat het goed is onszelf privé wel grenzen te stellen. Dat principe is dat we het meeste vrijheid en levens geluk ervaren als we ons op alle gebieden van het leven bepaalde grenzen stellen, ook w.b. reizen. We zien in onze maatschappij op allerlei gebied dat het ongelimiteerd logistieke structuren faciliteren en benutten ongekende nadelen heeft. In planologisch opzicht, in de kwaliteit van onze leefomgeving, op onze tijdsbesteding (reistijd, wachttijden en files), op het landschap, het milieu (planten, dieren en onszelf) en het klimaat en de gehele aarde direct en indirect ! Dus waarom maken we geen werk om onszelf vrijwillige grenzen te stellen op het gebied van logistiek en reisgedrag door dit te minder nodig te maken ?
Aan de overheid de taak om dit reisarme manier van leven te stimuleren, zonder het voor groepen onbetaalbaar of anderszins onbereikbaar te maken. Dat is een stuk minder VERSCHRIKKKELIJK dan het klinkt ! Ik ben er overtuigd van dat het overall veel minder pijn doet als nu hiermee beginnen, dan de visuele cirkel waar we nu in zitten van meer asfalt, meer kilometers en nog meer asfalt.
Wonen, werken en recreëren in één gebied ?
In de loop van de 20e eeuw, zijn we verschillende bestemmingsfuncties gaan onderbrengen in aparte gebieden. De opkomende zware industrie midden in oude steden maakte dat noodzakelijk. Er was een enorme overlast door lawaai, stank en gevaar voor rampen. In de 2de helft v.d. 20e eeuw hebben we dat scheidingsmodel steeds verder doorgezet met aparte woon-, kantoorwijken, bedrijfsterreinen. Recreatie gebieden met natuur en sportcomplexen en in binnensteden uitgaans- en winkelgebieden. Liefst zo grootschalig mogelijk.
Het zijn monogebieden geworden, waar slechts relatief korte tijd mensen verblijven voor één specifieke bezigheid. Ze slokken enorme stukken grondgebied op, zijn heel voorspelbaar en veroorzaken enorme verkeersstromen, waar veel infrastructuur voor nodig is. Terwijl is veel gevallen die scheiding helemaal niet nodig is vanuit overlast en hinder. Sterker nog door hun grootschaligheid zorgen ze ook weer voor diverse vormen van overlast. Met een slimmere aanpak kunnen die functies prima gemengd worden.
Het fundamentele probleem met deze gebieden is dat ze het leven uit de samenleving halen ! Het zijn voorspelbare instant (pret)gebieden. Bijna elke verrassing is weg georganiseerd.
©©0
Erik Schimmel 2001, Manasse nog geen jaar oud op de camping in Pesmes noord-oost Frankrijk
Dit soort onderonsjes zijn in het westen van ons land bijna ondenkbaar. Door het rigoureus scheiden van bestemmingsplan functies, is een camping in een natuurgebied met akkervelden een zeldzaamheid. En juist die combinatie’s van bestemmingen geeft leven in de brouwerij !
©©0
Erik Schimmel 2001, Meursault wijn gebied onder Beaune in de Bourgonne
Het wijndorp Meursault bestaat voor een grootdeel uit wijn pakhuizen en woningen langs wijngaarden.
Dit levert een heerlijke combi van cultuur en natuur op, waar er ondanks de uitgestrektheid van de akkervelden duidelijk harmonie heerst in het landschap. Het contrast van de eindeloos slingerende weggetjes met muurtjes en gebouwen door de wijngaarden met op de achtergrond de beboste heuvels. Een heerlijk gebied om in de schemering te fietsen.
Voorbeelden:
Persoonlijk loop ik liever door een natuurgebied, waar hier en daar een huis, toren of horeca gelegenheid staat of gewoon boerenland is, dan in een recreatie gebied met alleen maar gekleurde paaltjes wandelingen en wegwijzers voor hardlopers en ruiters. Juist dat ene gebouw of de boer die bezig is maakt een wandeling boeiender en maakt het gebied een gewoon onderdeel van de streek.
Ik woon en ben liever in een wijk waar kleinschalige bedrijfjes, winkels en recreatie zijn dan in een slaapwoonwijk, waar door de weeks de huizen leeg zijn. Geef mij maar wat leven. Mijn vrouw (ged.) en ik wonen en werken aan rand van oude deel van dorp met een bus voor de deur, een oude kerk om de hoek en kassen naast heel diverse huizen.
Mijn favoriete tennisbaan is die van de Metselaars midden tussen de bebouwing van Scheveningen. Het is er beschut, sfeervol, intiem tennissen en vlakbij met de fiets.
©©0
Beckumsestraat, Boekelo, Twente. Erik Schimmel
Wonen tussen de velden. Uitzicht op geoogst maisveld. Voor iedereen haalbaar…
©
Zeereep provincie Groningen. Erik Schimmel
Kleinschalige bedrijvigheid naast de deur. Dat geeft een straat een natuurlijke uitstraling, leven in de brouwerij.
Welke opgroeiende jongen wil daar niet wonen samen met zijn vader ?
©©0
Beckumerstraat Boekelo. Erik Schimmel
Wonen tussen de akker- en maisvelden.
Heerlijk wonen en wandelen in wijk met verschillende bestemmingsfuncties wonen, recreëren en boerenland
Dat kan ook ontstaan in een nieuw geplande wijk. Vul niet alles in, maar laat ruimte voor initiatieven uit de samenleving. Geef ruimte voor creativiteit. Bestaande regelgeving en specifiek te bedenken regelmogelijkheden te over om voor goede balans tussen verrassing en harmonie te zorgen. Wonen in een wijk waar ook gerecreërd, gewerkt en uitgegaan kan worden tussen de natuur en het boerenland.
De straten van een woonwijk kunnen ook afgewisseld worden met strokenen natuur en/of boerenland. Hoe leuk is het om maanden te kijken naar het steeds hoger wordende maisveld en dat dan ergens in oktober je ineens weer de achterburen op afstand ziet ? Kinderen kunnen eindeloos door die velden dwalen, zomaar in je eigen wijk. Daar kan toch geen speeltuin tegenop ?
Het heeft alles te maken met de schaal waarop het gebeurd !
Hoe ziet een stad en haar omgeving eruit ?
De stad die de Bijbel als onderdeel van de Schepping ziet is zeker niet de grote stad zoals wij die kennen. Steden als Parijs, Londen, New York en Tokio zijn niet de ideale steden, zoals de Bijbel die omschrijft. De grote steden in, wat lang de 3e wereld heette, laten in extreme vorm de nadelen van de qua afmetingen eindeloze stad zien. Toch blijft de grote en vooral volmaakte stad ons trekken. We krijgen de laatste jaren steeds groenere plaatjes te zien van de grote stad van de toekomst, een soort variant van de hangende tuinen van Babylon.
De Bijbel geeft duidelijk een negatief beeld van de grote stad.
Annemieke Prins ziet in één van haar artikelen ook het gevaar van de grote stad. Ze verwijst in decorrespondent.nl, naar Mike Davis die geen mooie geordende groene en moderne steden verwacht, maar eerder eindeloze sloppenwijken, vol vervuiling en verval. Feit is dat hoe groter de stad wordt hoe meer controle en techniek er nodig is om haar éénigszins leefbaar en beheersbaar te houden. De vraag is of we dat wel willen en moeten laten gebeuren ?
©©0
van internet zonder aanduidingen
Hangende tuinen van Babylon als ideale stad ?
©
Laboratory for Visionary Architecture
De megastad van de toekomst wordt ons als een aantrekkelijke groene stad voorgehouden ? Is dat reeël ?
©©0
Het noorden van Dhaka op 20 november 2016. Rehmad Asad / NurPHOTOvia Getty Images
De grote steden van de toekomst kunnen ook bestaan uit eindeloze sloppen wijken, zoals nu al Afrika en bijvoorbeeld Rio de Janeiro.
Ik woon al heel mijn leven in en om Den Haag. In mijn ogen is dat ook een grote stad. Aan de ene kant is er bijna alles voorhanden, allerlei soorten winkels, een vrij aantrekkelijke binnenstad, relatief veel groen in de vorm van duinen en parken, veel restaurants en cafe’s met terrassen. Het is ook een lage stad. De meeste wijken bestaan uit 3 of 4-laagse bebouwing. Op het eerste gezicht alles wat een mens verlangd.
Aan de andere kant is het ook een volle stad, overal mensen, diverse overbelaste verkeersaders, weinig leefruimte in de gemiddelde straat, in de zomer gauw warm. Ik heb lang in Statenkwartier gewoond vlak achter de haven. Als je uit de stad wil in de avond of tijdens weekend, op de racefiets, kun je eigenlijk alleen naar het noorden. Maar het duurt toch al gauw een half uur, voordat je in het duingebied richting Wassenaar bent en ook daar ben je niet alleen in de natuur. Alle kernmerken van een (te) grote stad zijn ook in Den Haag aanwezig, in veel wijken is het groen ook ver weg. Lang heb ik gedacht dat het een kwestie was van beter inrichten, maar dat is een illusie. Altijd maar doorgaande grondprijzen stijgingen en prestige zitten haar o.a. fundamenteel in de weg. De trek naar de stad en steeds groter wordende steden zijn een directe tegenbeweging van paradijselijke leven dat God voor ons weggelegd heeft met Zijn verspreidingsplan over de hele aarde !
De enige toekomstige 'grote' bijbelse stad, is klein en zelfvoorzienend
©©0 Tekening Erik Schimmel, Het Decor Jeruzalem van Duizendjarigrijk met zogenaamde 4e tempel. Na de wederkomst van Christus. Een periode waarin aarde hersteld zal worden naar zijn oorspronkelijke bedoelingen. (Tekening is een dwarsdoorsnede van het land Israël van Middellandse Zee to wat nu nog Dode Zee heet.)
Het toekomstige Jeruzalem volgens Ezechiel en Zacharia. Een groene zelfvoorzienende stad met veel ruimte voor akkervelden en veeteelt binnen de stad !
De grote stad die Ezechiël beschrijft is 12,5 x 12,5km. Iets groter dan het oude Parijs binnen de periferie.
Dit is niet het Bijbelse voorbeeld voor grote steden in de toekomst maar een unieke éénmalige stad. 80% van die stad zal voor tempel zijn en de Priesters en gewone Levieten die er wonen en werken*. Van de overige 20% is maar 1/5e deel voor de gewone stad, de hoofdstad van het land Israël, die slechts 2,2×2,2km groot is (De binnenstad Amsterdam is met ca. 2,2 x 2,8km zelfs nog iets groter.) Direct om de stad is een smalle strook van 125m weiland. Aan weerszijde van de hoofdstad zijn 2 grote stroken van 2,5 x 5km voor akkervelden. Deze akkervelden en het weiland zijn voor voedsel van de stadsbevolking.
Zacharia 2 vers 2 schrijft erover “Jeruzalem zal dorpsgewijs bewoond worden (niet ommuurd blijven (HSV)), vanwege de veelheid van mensen en vee in haar”.(NB)
*Het wel erg grote gebied voor Levieten is mogelijk ook bedoelt voor de al gauw 1miljoen jaarlijkse bezoekers uit de hele wereld. Voor de oude tempeldienst waren er totaal 22.000 levitische mannen van 1 maand en ouder beschikbaar en nodig, volgens Numeri 3:39 . De totale stam zal dan ongeveer 50.000 personen zijn geweest. Hoeveel dat er in deze tempel zullen zijn is niet bekend.
Stel dat het er nu 150.000 vaste bewoners zijn (zelfde tempeldienst, veel groter tempelcomplex en voor de hele wereld) in het gebied van de Levieten (en priesters): 10×12,5km: 150.000 = 1200inw/m2 dat is een erg lage bevolkingsdichtheid voor stedelijk gebied. Het Westland heeft er 1380inw./km2, Den Haag 6663inw./km2, Parijs 21.500inw./km2 en Gouda 4481inw./km2. Bij de feesten zullen mensen uit hele wereld komen. Inclusief bijvoorbeeld 1 miljoen bezoekers betekend dat totaal 9200 inw./km2. De bezoekers zullen in vakantieverblijven zitten, die zoals gebruikelijk klein zijn, waardoor er toch volop ruimte voor wei- en akkerland en niet alleen voor parken en pleinen zal zijn.
De stad die de Bijbel als model ziet als onderdeel van de schepping is niet uitermate spectaculair, maar wel heerlijk om in te wonen !
Jeruzalem is de enige grote stad die in de Bijbel met enthousiasme beschreven wordt. Ezechiël beschrijft die stad in een toekomst visioen, in de hoofdstuk 40, 45 en 48. De totale stad is vierkant en ca. 12,5km lang en breed. De stad is bedoelt als centrum van de wereld, niet als voorbeeld stad of prototype voor hoofdsteden van landen, maar uniek, éénmalig. Ter vergelijk Parijs heeft binnen de périphérique, waar tot 1919 de stadswallen lagen, een doorsnede van ongeveer 9km. De huidige stedelijk agglomeratie Parijs is meer dan 40km in doorsnede. Dus Jeruzalem wordt een bescheiden wereldstad en dat heeft een speciale reden.
Het grootste deel van de stad is namelijk bedoelt voor de tempel en de huisvesting van de tempeldienaren. Totaal een stuk van 12,5x10km, 80% van de stad. Het idee is dat daar jaarlijks uit de volken mensen het Loofhuttenfeest komen vieren. (Zacharia 14:18) Een soort Mekka, waar jaarlijks ook korte tijd miljoenen moslims uit heel de wereld naar afreizen. De tempel (Ez. 45:2) zelf is 250x250m. Heel opvallend ligt er een strook weidegrond van 25m omheen, zeer waarschijnlijk voor de dieren die geslacht zullen worden. Dat principe van weidegrond en ander groen om een klein bebouwt gebied komt, zo blijkt hieronder, steeds terug. Overal is volop leefruimte, ook voor de dieren en die krijgen tot het laatst een goede behandeling ! Om de tempel en de weidegronden liggen pleinen. Het gehele vierkant wordt afgesloten door een muur met zijden van 1,5km lengte (Ez.40:5 (1 meetriet = 6el=6xca.0,5m=3m) en Ez.42:15-20 (500 meetrieten = 500x3m= ca.1,5km) Het tempelcomplex is daarmee groter dan het bestaande oude stadskern van Jeruzalem, die binnen de 17e eeuwse Turkse muren een doorsnede heeft van 1km. En 15x zo groot in oppervlakte als huidige tempelplein van 2e tempel waar nu het plein nog van te zien is, 300 x 500 meter.
Leefbare open eigenlijke stad.
Voor de feitelijke stad met zijn stedelijke inwoners is ‘slechts’ een strook van 12,5×2,5km beschikbaar. In het midden ligt de stad met zijn gebouwen waar de mensen wonen, die is maar 2,2km in het vierkant. Eromheen ligt een strook van 125m weide grond voor de melk en het vlees van de stad. Aan 2 kanten van die stad met weidegrond (2,5×2,5km) liggen grote stukken akkerland en mogelijk nog meer weiland (5×2,5km) voor o.a. ‘het brood’ (NB) ‘voedsel’ (HSV) voor de stad. Daar zullen de gewassen voor de stad groeien. (Ez.48:15-19) Zacharia 2 vers 2 schrijft erover “Jeruzalem zal dorpsgewijs bewoond worden (niet ommuurd blijven (HSV)), vanwege de veelheid van mensen en vee in haar”.(NB)
Dus zelfs in het gewone stadsdeel van de hoofdstad, waar de gewone bevolking van het land woont kun je makkelijk aan de drukte ontsnappen en even de velden in. Het voedsel voor de stad wordt direct om de stad ‘geproduceerd’, vlees, melkproducten en alles wat op akkers groeit. De groene zelfvoorzienende stad in extrema !
De stad die de Bijbel voorstaat is klein, groen en zelfvoorzienend
©©0 Tekening Erik Schimmel, Het Decor. Opzet van de 48 Levieten steden naar beschrijving van Mozes met hun weidegronden voor veeteelt. Een grotendeels zelfvoorzienende stad in harmonie met zijn bewoners, het platteland en het milieu.
Steden van de Levieten met omliggende weiland en dorpen met akkerland, vormden een economische, sociale en ruimtelijke eenheid. Op het platteland werd het voedsel voor de stad geproduceerd. Dit is ongetwijfeld ook het Bijbelse model voor onze steden, dorpen en platteland. Het is grotendeels zelfvoorzienend, prettig om in te wonen, niet te groot en sociaal geeft het mensen grenzen aan hun gebied en identiteit aan hun persoonlijkheid, waardoor ze zich er thuis voelen.
Naast het toekomstige Jeruzalem omschrijft de Bijbel uitgebreid een aantal specifieke steden met het gebied eromheen die de bevolking moest maken in het te veroveren land. Dit geeft een goed beeld hoe de Bijbel de algemene stad ziet in haar afmetingen en de functie van het gebied eromheen.
De Levieten hadden in oude Israël ook nog 48 steden verspreid over het land. Numeri 35 en 36 beschrijven dat elke stam van zijn erfelijk bezit (grondeigendom) aan de Levieten moet geven als steden voor hen om in te wonen, naar de grote van hun grondbezit. Logisch lijkt dat ook ten tijde van Jeruzalem zoals Ezechiël die beschrijft dit soort steden er ook weer zullen zijn. Ze passen in het algemene verspreidingsprincipe. Er hadden bijvoorbeeld ook maar 12 steden voor de Levieten kunnen zijn. Eén voor elke stam, maar het werden er 4 per stam. De Bijbel zoekt het duidelijk in het kleinschalige.
Deze steden krijgen vanaf de stadsmuur 1km aan weidegrond* rondom de stad, om het vee van de stad. In de oudheid zullen die steden zelden meer dan 10.000 inwoners gehad hebben met een doorsnede van hooguit 750m. (Jeruzalem heeft binnen de stadsmuren een doorsnede van 1 km met in 1845 17.000 inwoners. Ter vergelijk Leiden, 2de stad in Nederland in 17e eeuw, had tot de stadsmuren, nu singels, een doorsnede van gemiddeld 1,4km met ca. 50.000 inwoners.)
*De Naardense vertaling, die dichter bij de grondtekst komt dan de HSV, heeft het ook over jaagvelden (Numeri 35:2 en 3). Er waren dus in die kilometer om de steden waarschijnlijk, niet alleen open (militair belangrijk) weilanden maar ook bosjes en ongecultiveerde stukken waar dieren zich schuil konden houden. In Jozua 21:12 Wordt er ter loops gesproken over het akkerland van één van die Levieten steden. “Maar het akkerland van de stad (Hebron) met zijn dorpen gaven zij aan Kaleb…..tot zijn bezit”. Bij een Bijbelse stad hoorden dus weidegronden, jaag gebied (natuur) en verder weg akkerland met dorpen. Dat was een functionele, bestuurlijke, economische en sociale eenheid.
De steden waren redelijk compact, zodat ze goed verdedigt konden worden. De mensen konden, zolang de stadspoorten niet dicht waren, binnen een kwartier lopen via meerdere poorten even de stad uit om even te ontspannen. Voedsel, zeker vlees, kon in zeer korte tijd van het land naar de stad gebracht waren. Stad en ommeland waren zo een economische en functionele éénheid. Mensen woonden, werkten en ontspanden zich er. Ik ga er vanuit dat dit de stad is die God voor ogen had. Het past goed in het grotere thema van verspreiden over de aarde !
In de Oud Testamentische en de in de Bijbel omschreven toekomstige steden zal genoeg ruimte zijn om eetbare vruchten aan vruchtbomen en vruchtdragende klimplanten te kweken want o.a. Micha 4 profeteert: “Het zal in het laatste der dagen geschieden dat ieder zal zitten onder zijn wijnstok en onder zijn vijgenboom…” ‘Ieder’, dus ook de mensen in de steden ! Dat is in onze westerse grote steden niet meer denkbaar met zijn grote flatwijken en toenemend aantal hoge woontorens.
Jacques Ellul toont in zijn degelijke studie ‘De grote stad’ aan dat het principe van de grote stad lijnrecht ingaat tegen het plan van God. Het gaat er niet om dat we het concept van de grote stad verkeerd hebben vorm gegeven of verkeerd besturen. In God’s ruimtelijk plan voor de aarde komt het simpelweg niet in voor. Ellul laat zien dat de grote stad in zijn wezen de uiting is van rebellie van de mens tegen God.
Is zo’n compacte stad waar je makkelijk aan de bedrijvigheid kunt ontsnappen, waar harmonie tussen mens en natuur heerst etc, een utopie of een achterhaald romantisch beeld ? Naar mijn volle overtuiging is het, ook in onze moderne tijd, een goed haalbare optie ! En uiteindelijk de enige goed werkende oplossing.
©©0
Dit boek toont radicaal aan dat de grote stad volgens de bijbel, niet fundamenteel verbeterd kan worden. Het steeds vergroten van de stad is een doodlopende route.
Het enige alternatief is de bevolking verspreiden naar kleinere steden en dorpen. Geen onmogelijke opgave maar een heerlijke uitdaging vol met ruimte voor groot- en kleinschalige creativiteit.
©
Laboratory for Visionary Architecture
Het model van zelfvoorzienende en autonome tuinsteden tot 32.000 inw. met ertussen het groene platteland dat grondstoffen, voedsel en water levert aan de tuinsteden en de mogelijkheid om regelmatig in centrum van de stad in groene zone’s en buiten de stad te recreëren.
De ideale stad in de ogen van de bedenker Howard, omdat het al het goede (voorzieningen en werkgelegenheid) combineert van de volwaardige stad met de voedselvoorziening, natuur, rust en vrijheid van het platteland op loopafstand van elkaar.
©©0
https://historiek.net/ebenezer-howard-en-de-tuindorpen-van-amsterdam/138260/
Howard’s tuinstad (30.000 inw.) heeft niet centraal de binnenstad met al zijn voorzieningen gesitueerd, maar een tuin (diameter 120m) met daaraan publieke gebouwen. Onduidelijk is of daar een rondweg is. Daarachter ligt nog een groenvoorziening, een centraal park (straal 275m) doorsnede door 6 boulevards. Daaromheen liggen 6 publieke glazen kassen, á la Chrystal Palace, bij slecht weer een promenade met markten, vertier en terrasjes. Daaromheen liggen de lage 5500 eengezinshuizen aan avenue’s. Centraal daarin een cirkelvormige 130m brede avenue, een parkachtige gordel met scholen en kerken. De stad wordt afgesloten door een ring met fabrieken, opslag en andere productie aan een ceintuur(spoor)baan, die weer aangesloten is op een rail-weg naar andere tuinsteden.
De stad die de Bijbel als model ziet, heeft in de moderne geschiedenis een variant gekregen in de ’tuinstad’, die vooral als ’tuindorp’ begin 20e eeuw populair werd.
Rond 1900 bedacht Ebenezer Howard de ’tuinstad’, om de arbeiders die eerst veelal als landarbeider naar de steden waren getrokken en daar door de industrialisatie met fabrieken midden in overvolle en vieze industriële metropolen waren terecht gekomen, te bevrijden. Overvolle steeds maar uitdijende steden die samen klonterden met enorme industriële complexen tot onafzienbare gebieden, als het Roergebied in Duitsland vlak over de Limburgse grens. Het roergebied bestond uit 11 steden en heel veel kolen mijnen en zware (staal) industrie. Om de mensen in die grote steden (Amsterdam, London, Parijs, New York) of gebieden te ontlasten bedacht hij het concept van de tuinstad. Tuinsteden waren zelfvoorzienende steden van maximaal 32.000 inwoners midden in het platteland. Ze hadden in zijn beleving de voordelen van beide gebieden. Er was volop werk, alles was er te koop en om de stad werden de belangrijkste producten ervoor verbouwt, voedsel, water en bossen voor hout. Na het werk kon eenvoudig op dit platteland worden gerecreëerd.
Spijk met groene kern en daarmee een onbedoelde voorloper van de Tuinstad.
Erik Schimmel, september 2018
Het Groningse Spijk heeft een rond open en groen centrale ruimte die doet denken aan de het concept van Howards tuinstad.
De lage bebouwing ligt om een weg met radiale straten het dorp in, met daarbinnen een parkachtige ruimte. Een gracht loopt om een eiland met daarop de dorpskerk van de gemeenschap.
©
Dorp Groningen, Erik Schimmel, Januari 2019
Veel Groningse dorpen hebben tot diep in de bebouwing een open groene structuur. Bij dit dorp vormt de gemeenschappelijke moestuin een natuurlijke eenheid met de lage bebouwing eromheen.
©©0
Lechtworth de tuinstad met centrale park
Eén van Ebenaezer Howard’s tuinsteden is Letchworth in Engeland. Stad is ruim opgezet, maar voor iedereen is het omliggende platteland ook snel bereikbaar. De centraal gelegen groene grasveld vormt met de publieke gebouwen eromheen het centrum.
Het tuinstad model was een complete samenleving op lokaal schaalniveau, die een intensieve participatie van de bevolking in het bestuur en in het culturele leven moest gaan kennen, belichaamd in een besloten, intieme en geborgen vormgeving.
Natuurlijk is dit model, qua samenleving achterhaald, stijf en geometrisch zoals veel stedenbouwkundige modellen uit die tijd. Er is geen rekening gehouden met wat er al door de mens is gemaakt en de natuurlijke gesteldheid van het terrein. Maar het principe is goed bruikbaar en komt overéén met de steden die de Bijbel de bevolking opdraagt te bouwen.
©©0
Jorge Royan, 2008. Schaken in de Jardins du Luxembourg, Parijs
In een moderne variant van de Tuinstad, zou er centraal een open ruimte kunnen zijn waar veel ruimte is voor spontane initiatieven uit de gemeenschap !
Een plek van de gemeenschap niet van het stadsbestuur of de projectontwikkelaar……
©
Eindhoven, Karel van den Woestijnelaan
Foto Erik Schimmel december 2019
Deze 3 laagse appartementen passen binnen een moderne en Bijbelse invulling het Tuinstad concept.
Ze zijn laag waardoor er volop contact met de aarde mogelijk is en voorbijgangers op straat en onderling. De terrassen zijn ruim niet alleen om met gasten op te zitten, maar ook volop ruimte voor planten.
Bescheiden Village green, in engels dorp, vaak een groot grasveld.
Een centrale vrij open plek in een dorp of kleine stad is zeer geschikt als centrale plek voor ontmoeting in een gemeenschap . Als deze plek groot genoeg is, is er volop gelegenheid voor individuele en gezamenlijke initiatieven.
Hutten bouwen door de jeugd, kampvuur, een kroeg, terrasje, een zelfgemaakte crossbaan, moestuinen, allerlei vrije initiatieven.
De AARDE
Bewerken van de aarde
Adam en Eva kregen in het paradijs niet alleen de opdracht mee om zich te verspreiden, maar ook om de aarde te bewerken. “en er was geen mens om de aardbodem te bewerken” (genesis 2:5b) en “De Heere God nam de mens, en zette hem in de hof van Eden om die te bewerken en te onderhouden.” (Genesis 2:15) De primaire taak van de mensheid is om de aarde te bewerken, niet alleen A&E in het Paradijs.
De joodse grondtekst laat zien hoever de verbintenis van de mens met de aarde gaat. De naam van Adam heeft als betekenissen: grond en bodem (Adama) en bloed (dam).
Vervolgens legt de Hebreeuwse tekst een steeds terugkerend verband tussen de aarde/grond en de mens. Beide met de toevoeging bloedrood. “Dan formeert de Ene, God, de bloedrode mens van stof uit de bloedrode grond…” (Genesis 2:7a, NB vertaling)
De band tussen de mens en de aarde is denk ik van fundamenteel belang. We zijn geschapen om vanuit die band te leven. In onze maatschappij wordt deze band voortdurend verstoord. Er is een enorme zuiging om in de grote steden te wonen en dan bij voorkeur in hoge gebouwen ver verwijderd van de grond. De intrede van de radio, tv, computer zuigen ons sinds de jaren ’70 ook helemaal weg naar een kunstmatige wereld ver weg van de natuur en de aarde.
Die techniek is natuurlijk heel handig, maar we gebruiken hem niet met mate. Hij wordt vol ingezet, waardoor het een vliegwiel is geworden wat niet meer te stoppen lijkt en langzaam maar zeker steeds sneller ronddraait en onze volledige aandacht opzuigt. Weg van de schepping.
Het is niet toevallig dat veel natuurvolken spreken over moeder aarde. Ook al is het in de Bijbel gewoon materie en geen wezen, zegt die benaming toch veel over onze band met haar ! Hoe goed is het om regelmatig bezig te zijn in de buitenlucht en te genieten van de aarde en de natuur ! Het is belangrijk dat we in onze leefomgeving hier vol de ruimte toe creëren.
©©0
pxhere.com/nl/photo/1363782 (gratis afbeeldingen)
De aarde bewerken onze primaire opdracht. Wel eens gedaan ? Geeft enorm voldaan gevoel ! Belangrijk dat we regelmatig met de aarde in verbinding staan.
©©0
pxhere.com/nl/photo/1585951 (gratis afbeeldingen)
De vreugde van de oogsttijd. Mens en machine werken samen. De techniek maakt ons leven aangenaam als we haar met mate inzetten.
©©0
pxhere.com/nl/photo1271248 (gratis afbeeldingen)
De oogst wordt lokaal verzameld en opgeslagen.
De aarde was zeer goed !
De Bijbel is lyrisch over het resultaat van de schepping! “Het is zeer goed !” (Genesis 1:31b) Daarna ruste God uit op de 1e sabbat en genoot van wat Hij gemaakt had. Het werk was klaar voor gebruik, een perfect product.
Als ik kijk wat wij er allemaal mee doen, dan krijg ik alles behalve het idee dat het een goed concept was. Wij zijn er eindeloos mee aan het sleutelen op een steeds grotere schaal en dramatische manier. Dat kan toch niet de bedoeling zijn geweest ?
Ik ben er van overtuigd dat we zijn doorgeslagen in het ‘verbeteren van dit concept’ en werken ons steeds verder de nesten in. Onze hoop is daarbij volledig gericht op technische hoogstandjes. We vergeten gewoon te kijken naar natuurlijke en eenvoudigere oplossingen die veel dichter bij de schepping liggen.
©©0
pxhere.com/nl/photo/1292635 (gratis afbeeldingen)
Hongkong is net als vele moderne Aziatische steden extreem dichtbevolkt, vervuild en eigenlijk niet menswaardig.
Als wij onze manier van stedenbouw niet rigoureus aanpassen zien onze steden er straks ook zo uit.
©©0
pxhere.com/nl/photo/753713 (gratis afbeeldingen)
Waar ligt de balans tussen natuurlijke handen arbeid en de inzet van techniek en machines ? Er is zeker een relaxte balans in mogelijk.
©©0?
www.tuscanwanders.com
Monteriggioni een kleine Italiaanse stad een mooie combi van natuur en cultuur. Een veilige haven voor de bewoners en de reizigers, met voorzieningen voor de dorpen en boerderijen eromheen. Het land om de stad voorzag in de benodigde producten voor de dagelijkse behoefte. Dat principe is nog steeds heel bruikbaar en maakt een samenleving vitaal.
De aarde bedwingen met techniek, symtoombestrijding ?
We hebben, zeker in de stedelijke gebieden, steeds meer techniek nodig om de maatschappij draaiend te houden. Met ingrijpendere technische oplossingen proberen we de stroom vraagstukken die een oplossing nodig hebben de baas te blijven. We hebben onze hoop volledig gevestigd op nieuwe technieken. Dat gaat onze problemen niet oplossen. Het is alleen symptoom bestrijding. De diepere oorzaken laten we liggen ! Waardoor we steeds dieper in het stedelijke moeras wegzinken.
De Bijbel spreekt over ‘onderwerpen’ (HSV) en ‘bedwingen’ (NB) van de aarde. De Naardense vertaling (NB) zegt het zo: “Dan zegent God hen, en God zegt tegen hen: draagt vrucht, wees overvloedig, vervult de aarde en bedwingt haar ! en daalt neer bij (‘heers over’ HSV) de vissen van de zee en de vogels van de hemel, bij alle leven dat rondkruipt over de aarde ! (Genesis 1:28)
De vraag is of dat ‘bedwingen’ en ‘onderwerpen’ de deur open zet voor wat wij allemaal aan het doen zijn op de aarde ? Ik denk dan aan de gigantische windmolen parken voor de Hollandse kust, de stuwdammen, met als ‘hoogtepunt’ de Chinese Drieklovendam met een meer van 660 km lengte, waarvoor totaal ca. 5 miljoen mensen moe(s)ten verhuizen en kerncentrales waar we elektriciteit mee opwekken. Maar ook aan eindeloos grote industrie complexen, gigantische vliegvelden als Charles de Gaulle bij Parijs, kunstmatig vlees. Was dat onderdeel van de Bijbelse opdracht ?
Ik denk het niet. Bij de torenbouw van Babel, in die tijd een mega project, staat daar ook iets opvallends over. Genesis 11:6b “en dit is het begin van wat ze gaan doen: nu is voor hen niets meer onuitvoerbaar van al wat ze verzinnen te doen” En dan grijpt God in zoals hierboven beschreven met de verwarring in verschillende talen. God wil dus helemaal niet dat we ‘het’ groots, super modern en geweldig gaan aanpakken. Zijn opdracht was simpel verspreid je en bewerk de aarde. Hou het klein en simpel lees ik erin.
Achteraf blijkt elke keer weer als de mens rigoreus ingrijpt in de natuur, haar zogezegd bedwingt, dat dit onverwachte negatieve gevolgen heeft. Onttrekken watertoevoer voor bevloeiing van enorme landbouw gebieden, waardoor kustlijn Aral meer meer dan 100km is teruggetrokken / stuwmeren in India / intensieve veehouderij / herverkaveling / kanaliseringen van waterwegen. Al deze projecten hebben desastreuze gevolgen voor de mens, de dieren en de aarde blijkt vaak pas jaren achteraf.
©
Wikimedia Commons Links in 1989, rechts in 2014
Het Aralmeer is misschien wel het meest dramatische voorbeeld van het ingrijpen van de mens. Door irrigatie op mega schaal is het meer ongeveer met 88% gekropen.
©©0
https://kerchtt.ru/nl/aralskoe-more-tragicheskaya-istoriya-pochemu-vysohlo-aralskoe/
Het meer is niet een stuk kleiner maar nagenoeg verdwenen. Hier kijk je misschien 30km ver maar de kust is aan de oostzijde meer dan 150km opgeschoven. Inmiddels stroomt er weer meer water naar het meer, maar dit beeld zal de komende 10-tallen jaren niet veranderen.
©
Scheepvaart bij windmolenpark Ijsselmeer. Fotograaf Gottfried Leibbrandt
Het IJsselmeer is ook al inzet van onze ongebreidelde drang naar technische oplossingen. Zijn wetenschap en techniek wel onze reddingsboeien ?
©©0?
Illustratie LinkDesign
Geplande en al uitgevoerd ingrijpen van de mens in de Noordzee. 30% van onze zee wordt permanent, vaak visueel verstoord. Wat betekent dat voor de vis(erij), vogels en wat doet het met ons? Wij gaan dezelfde megalomane kant op als de russen in de communistische tijd !
De valkuil is dat we al onze problemen met techniek willen oplossen. Ik ben ervan overtuigd dat de Bijbel een veel prettigere en eenvoudigere route heeft. De boodschap is keer op keer los het met eenvoudige en natuurlijke middelen op. Hou het klein en overzichtelijk, beweeg mee met de natuur is de steeds terugkerende boodschap.
Geen ingewikkelde en dure groene gevels vol met sensoren en sproei installaties en torenhoge onderhoudskosten die vroeg of laat gedoemd zijn te sterven, maar voldoende ruimte tussen gebouwen en steden om natuurlijk groen te kunnen planten.
Geen ingewikkelde stedenbouwkundige oplossingen door de bevolking te verspreiden zijn overzichtelijke oplossingen die voor iedereen begrijpelijk zijn afdoende.
Geen onafzienbare windmolenparken in zee. De Noordzee zal voor 1/3 deel uit zulke parken bestaan, nodig zijn om onze energie behoefte te bevredigen. Wat zullen de gevolgen zijn op de lange termijn ?
Onder logistiek en verkeer en staat een voorbeeld van de kettingreactie die ongelimiteerde inzet van wetenschap en techniek veroorzaken.
©©0?
Foto Erik Schimmel, juli 2011. Houlgate een bescheiden badplaats aan de Normandische kust.
Techniek om de aarde te bedwingen en leefbaar te maken is prima, als we maar een schaal hanteren die bij het dagelijks leven van de mens past. Het enkelspoor hier bedreigt hier niet het woongenot, ondanks dat het vlak langs de huizen loopt. Er komen maar een paar treinen per dag langs met een lage snelheid. Zolang ze mensen niet uit hun slaap halen zal het eerder tot enige aangename levendigheid leiden in de buurt.
Sabbath's rust paragraaf ?
SOCIAAL
De kleinschaligheid die de Bijbel voor staat is een fundamentele bouwsteen voor de sociale verbanden tussen mensen. In de economie wordt daar zelden rekening mee gehouden. De Bijbel zet steeds in op het welzijn van de mens als uitgangspunt. Niet het economisch voordeel is leidend maar het kostbaarste wat we hebben ons leven staat centraal !
Rangorde in schepping
De Bijbel beschrijft daarom een rangorde in de schepping. Het is belangrijk dat we die rangorde respecteren en volgen, omdat we anders de schepping en onszelf onherroepelijk beschadigen. Dat zien we in de enorme milieu vervuiling op aarde. Van belangrijk naar minder belangrijk is de rangorde: God (de schepper), de mens, de dieren, ander levende organismen en helemaal onderaan de dode materie.
Sociale verbanden tussen mensen
De Bijbel benadrukt het belang van sociale verbanden tussen mensen. De Naardense vertaling gebruikt regelmatig het woord ‘gemeenschappen’ waar andere vertalingen over ‘volken’ spreken. Een gemeenschap is een groep mensen die bij elkaar horen. Dat suggereerd een innege onderlinge band, die verder gaat dan een toevallige ontstane situatie.
In christelijke kringen is eigenlijk alleen aandacht voor het sociale verband van een gezin. De Bijbel beschrijft echter een hele rangorde van sociale verbanden waarin de mensen op aarde met elkaar in relatie staan. De Bijbel beschrijft ook de onderlinge regels die nodig zijn om een prettige samenleving te krijgen. Het geheel moet er voor zorgen dat mensen zich niet verloren voelen in de wereld, maar een wezenlijk deel vormen van de gemeenschappen en daar zich thuis voelen.
De Bijbel beschrijft de volgende verbanden tussen mensen zodat de individu zich geborgen voelt op deze aarde: volken, stammen, families en gezinnen. Hoe kleiner het verband, hoe sterker de sociale band. De indeling in stammen is in onze westerse wereld nagenoeg geheel verdwenen. Het dichts bij dit sociale verband is een regio. Daar wonen mensen die dezelfde taal of dialect spreken in een grondgebied met zijn eigen culturele, landschappelijke, stedenbouwkundige en architectonische kenmerken en gebruiken.
Blijvend. erfelijk, grondbezit versterkt dus die sociale band. God zet dat in als sociaal bindende factor opdat het ons welgaat !
De Bijbel beschrijft echter geen gemeenschappen boven het niveau van de individuele volken. Sterker nog het verhaal van de torenbouw van Babel laat duidelijk zien dat God niet wil dat we in grotere verbanden gaan opereren. Dus geen gemeenschappelijk Europa of ‘One World Order’. Stalin en ook Mao hebben in de 20e eeuw hele volken over hun grondgebied versleept. Tot op de dag van vandaag levert dat onderlinge spanningen op ! Er staat een opmerkelijke zin in dit verband in Jesaja 13 vers 14 “Iedereen zal zich wenden naar zijn eigen volk en iedereen zal vluchten naar zijn eigen land” Dit gebeurd als er grote rampen over de aarde komen. De aarde zelf zich uit zijn vaste baan door de ruimte losmaakt. Als mensen echt in de problemen komen willen ze naar huis. Bij natuurgeweld op vakantie proberen veel mensen niet ter plaatse of in de buurt er nog wat van te maken. Ze verlangen alleen maar naar hun eigen vertrouwde plekje. Ook in Jesaja doen de mensen dat. Ze vluchten naar hun eigen volk en land. Beiden horen onlosmakelijk bij elkaar en vormen onze veilige thuishaven. In het Duits is daar het woord Heimat voor. Het is de combinatie van onze geboorte grond (land) en de groep mensen (volk) waar uit voort komen. Als mensen in een duidelijk onderscheidene streek wonen zal dat hun Heimat, hun ’thuis’ vormen. Het woord heimwee geeft het gevoel aan verstoken te zijn van je ’thuis’.
Dat is een belangrijke oorzaak dat veel mensen tegenwoordig zich vervreemd voelen van omgeving. Ze hebben geen band meer met de mensen om hen heen en het gebied waar ze wonen, omdat de mensen steeds van plaats naar plaats trekken en de plek zijn karakteristieke eigenschappen verliest.
Ontmoeten
De Bijbel koppelt het eigendomsrecht op grond aan gemeenschappen.
ECONOMIE
Kleinschalig versus Grootschalig
Economische dien- of gemeenschap model /geen ruimte voor hyperconcurrentie
REGIONALISME
De Bijbel kiest heel bewust voor regionalisme i.p.v. het ‘Babylonmodel’ van het Globalisme.
Uit bovenstaand blijkt dat de samenleving in het ideale bijbelse model is samengesteld uit zelfvoorzienende regio’s, waar ruimte is voor import en export van productien en goederen die in de regio zelf niet voorhanden zijn.
De achterliggende gedachte is dat dit de enige methode is om een rechtvaardige samenleving te bouwen waar er door de sociale verbanden voldoende zorg voor elkaar is. Een gebied wat ook hoort bij zijn bewoners en waar elk individu of sociaalverband elke 50jaar kan krijgt om een nieuwe start te maken.
Dit is naar mijn overtuiging de enige route naar een evenwichtige samenleving waar rijkdom en bezit niet naar kleine groepen of een beperkt aantal personen in de samenleving kunnen vloeien.
Door de combinatie van wonen, werken, produceren en recreëren gecombineerd in een klein gebied stimuleren deze gebieden ook een afgewogen belans tussen deze onderdelen van ons leven. De bewoners van regio’s hebben dus een grote mate van zelfstandigheid, waarin ze dus zelf de wrange of zoete vruchten plukken van hun beslissingen en daden.
Zo ontstaat een boeiende wereld met een lappendeken aan regionale culturen. Waarin de bewoners van de regio’s zijn sociaal sterk verankerd zijn in die gebieden met hun eigen identiteit en gewoontes.
Een aantal regio’s samen vormen een land ook weer met zijn eigen karakter, taal en identiteit.
GEVOLGEN
Door deze manier van inrichten van de samenleving worden alle grote problemen van onze tijd teruggebracht tot goed beheersbare uitdagingen.
Ruimtelijk
Door de aarde in kleine zelfstandige gebieden op te knippen wordt de ruimte veel beheersbaarder, afwisselender en aantrekkelijker om te verblijven.
Sociaal
Door het benutten van de sociale verbanden voelen mensen zich een gehoord en onderdeel van de samenleving wat hun welzijn ten goede komt. In een kleinschaligere samenleving is er veel meer vanzelfsprekende en natuurlijke aandacht voor het welzijn van het individu.
Logistiek
Doordat we regionaal gaan leven zal er veel minder behoefte en noodzaak zijn om mensen, goederen en voedsel over grote afstanden te verplaatsen. Mensen wonen dichtbij waar ze werken en recreëren.
Welvaart
Doordat grond niet verkoopbaar is en bezittingen steeds weer terugkomen bij de oorspronkelijke eigenaar ontstaat er een evenwichtigere verdeling van de welvaart lokaal en globaal.
Natuur(lijk)
Door de kleinschalige manier van leven is het aantrekkelijker om eenvoudige dichter bij de natuur staande oplossingen te kiezen. De lokaal aanwezige natuurgebieden zullen gekoesterd en waar mogelijk uitgebreid worden. Want je leeft er.
Milieu
Doordat de mensen veel meer gelijkmatig verspreid zijn over de aarde zullen lokale milieu problemen veel beheersbaarder zijn. Bovendien woont de potentiële vervuiler blijvend in het gebied waar hij vervuild. Dat zal een doorslaggevende stumulans geven om een gebied leefbaar te houden voor je eigen nakomelingen.
Klimaat
Door het opknippen van de aarde in kleine eenheden is de klimaat belasting door logistiek en transport veel kleiner. Regionaal leven betekent ook dat je meer gebruik maakt van de lokaal voorhanden zijnde energie bronnen. Met de uitputbare bronnen zal uit eigenbelang voorzichtiger worden omgesprongen, waardoor de onuitputbare (zon, wind, etc.) vanzelf de voorkeur verdienen.
VERWEZENLIJKING
Vrijwillig model
Dit model kan via een belastingsysteem worden gestimuleerd. Je betaald minder belasting over alles naarmate je iets dichter bij huis doet of koopt.
Werk je ver van je woonhuis, dan val je in hoger tarief. Koop je spullen en voedsel van lokale producenten betaal je minder belasting.
Groei model
Dit model is niet in één keer in te voeren zonder de hele samenleving te ontwrichten.
Het kan heel goed gefasseerd worden ingevoerd, door bijvoorbeeld met kleine belasting verschillen te beginnen van 10-15%. en die geleidelijk te laten stijgen. Doe je het te langzaam dan veranderd er ook niets door gewenningsproces.
Kleinschalig model
Delen uit dit model kunnen kleinschalig worden ingevoerd en getest. Het is bijvoorbeeld goed mogelijk een wijk te ontwerpen samen met toekomstige bewoners, waarin behalve gewoond ook gewerkt en gerecreëerd wordt.
Nieuwe ontwikkelingen zoals woonwijken kunnen veel meer onderdeel worden en vermengen met omliggende natuur- en productie gebieden. Denk aan een woonwijk die grenst aan bos of weiland. Wonen kan doorlopen in bos en weiland. Wie wil er nu niet in een maisveld wonen ? (Zie bijvoorbeeld mijn blog over woonwijk tussen bos, kassen en water: ‘Violen en de Wipkip’)
Voorbeeld model
De overheid kan reclame campagnes opzetten om bevolking te stimuleren. De overheid kan dit model faciliteren, door regio gericht bestuur op te zetten en regionaal te gaan denken en handelen. ‘Kruip in de huid van de Regio !’
Regio's
Voorbeelden van bestaande regio’s met een eigen indentiteit die verder afgestoft en gestimuleerd kunnen worden zijn: Het Westland, Twente, Achterhoek, maar ook Het Gooi, de Betuwe, West-Friesland, Rijnmond en de Peel.
(Onder constructie)
………………………………..
DE OPLOSSING
De overheid kan campagnes opzetten om onderstaand te stimuleren, door er reclame voor te maken, het gemakkelijker te maken en met belasting voor- en nadelen:
1. LOKAAL LEVEN. Allereerst kan de overheid faciliteren en stimuleren om veel dichter in de buurt van onze leefomgeving te doen. Vooral lokaal, regionaal en landelijk dus ! Zorg dat woonwijken ook paradijzen zijn voor spelende kinderen en volwassenen om er de vrije tijd door te brengen. Maak wijken ook geschikt voor kleinschalige bedrijven.
2. DIVERSITEIT terugbrengen in alle regio’s. Door gebieden veel diverser op te zetten het aantrekkelijker maken om vaker dichter bij huis te blijven met bos- en andere natuurgebieden. Lokaal produceren van voedsel, (bouw)materialen, (kleinschalige) industrie etc. Belasting en andere voorbeelden als iets dichter bij huis doet. Meer gebruik maken van locale mogelijkheden, grondstoffen…….
3. Zorg dat REGIO’S hun IDENTITEIT terugkrijgen en verder ontwikkelen. Dan wil je er graag blijven, ook in de vakantie en is de regio ‘next door’ ook interressant.
4. VERSPREIDEN. Door ons veel meer over de aarde te verspreiden, van dicht bevolkte gebied naar dunner bevolkte gebieden. Met internet is het helemaal niet meer nodig dat we grotendeels bovenop elkaar in de randstad wonen. Groningen, Drenthe en Zeeuws Vlaanderen ziet ons graag komen ! Daar is volop ruimte ! Maar ook in Europa schreeuwen hele plattelandsstreken om nieuwe bewoners. Bijna en geheel verlaten dorpen in Spanje, Noord en midden Frankrijk en Italië zien uit naar onze komst. Wie wil daar niet wonen ? Maar ook in Noord Amerika om maar een werelddeel te noemen is volop ruimte. Ik ken veel allochtonen die zich wel Nederlander zijn gaan voelen met de jaren, maar diep in hun hart toch eigenlijk terug willen. Soms kan dat goed, maar ontbreken de middelen.
5. TERUG naar de MENSELIJKE MAAT of nog veel beter de SCHEPPINGS- en BIJBELSE MAAT. Stoppen met geld pompen in problematiek van grootstedelijke gebieden, boeren uitplaatsen voor o.a. stikstof problematiek. Stoppen met investeren in mega projecten, op gebied van infra structuur, milieu, woningbouw, industrie. Natuurlijk kost kleinschaligheid geld en zijn producten duurder. Maar wat zijn de kosten van al die megelomane projecten, pijnlijke uitkoop acties, sociale ontwrichting etc, etc ?
(OF GING HET HIER ALLEEN OVER INFRASTRUCTUUR en RUIMTELIJKE VRAAGSTUKKEN ? Dus tekst hierop screanen !)